Persoonlijk ben ik nog altijd van het ‘gewone’ kamperen. Toch ben ik daarmee schijnbaar hopeloos ouderwets. Camping werd namelijk een paar jaar geleden al glamping: glamourous kamperen in een compleet ingerichte, luxe tent met comfortabele bedden en een eigen badkamer, maar dan wel gecombineerd met de vrijheid en het buitengevoel van een camping. Iets recenter werd de tegenhanger bamping als term de wereld in geslingerd. En waar je bij glamping echt van alle luxe gemakken bent voorzien, heb je bij bamping precies nul van die gemakken. Maar wél alle overige charme die kamperen echt kamperen maakt. Iets voor jou? Ik leg je even uit wat het is.
Je kunt je er wellicht al wel een voorstelling bij maken, maar bamping staat voor basic kamperen. Back-to-basic kamperen zelfs. En dat betekent zoveel als kamperen met alleen de basisbenodigdheden. Weg van luxe en faciliteiten als een zwembad, restaurant, privésanitair (of überhaupt: sanitair) en een kampwinkel. Wat je wel hebt? Een charmeplek middenin de natuur met enkel en alleen je eigen reisgezelschap.
Denk je eens in: je wordt samen wakker tussen de fluitende vogeltjes, naast een kabbelend beekje met scharrelende eekhoorntjes voor de tent. Je rekt je uit, bakt een broodje op je eigen vuurtje en wast je in het beekje voor je. Eén worden met de natuur, dat is waar bamping om draait. En dat moet natuurlijk wel bij je passen.
Maart 2020. Van het een op het andere moment zaten we met z’n allen in een wereldwijde pandemie. Juist dóór deze pandemie kwam het succes van bamping – voor die tijd vooral bekend onder slechts een kleine groep fanatiekelingen – in een stroomversnelling. We mochten bijna niks meer en waren ineens weer tevreden met de kleine dingen van het leven. Maf eigenlijk dat we daar een pandemie voor nodig hadden, maar soit. We kwamen er massaal achter dat picknicken in het park eigenlijk net zo leuk is als lunchen in een duur restaurant, dat we van een fijne boswandeling minstens zo kunnen genieten als van een bezoek aan een pretpark en dat kamperen misschien wel net zo fijn is als je vakantie doorbrengen op een luxe resort op Bali.
De gedachte van ‘het hoeft allemaal niet zo gek jongens’ sijpelde langzaam maar zeker door in de maatschappij. We vonden ons geluk massaal weer in de meest basale dingen van het leven. En zoals het zo vaak met trends gaat – de visgraatvloeren liggen immers ook al in menig caravan – sloeg ook de back-to-basic trend over op het kamperen. Met bamping als heuse, nieuwe kampeertrend. Ben je al overtuigd?
Ga je bampen, dan neem je zo min mogelijk mee. Een klein pop-up tentje met grondzeiltje en haringen en wat onmisbare dingen als een eiermatje en een slaapzak. Wat handige dingen voor het eten moet je ook zeker niet vergeten: lucifers en misschien wat aanmaakblokjes om een vuurtje te maken, een pannetje, een fles water en wellicht wat blikvoer voor het geval je vangst in het beekje mislukt. Voor ’s avonds en ‘s nachts kan een zaklamp handig zijn en hoewel je toilet zich in de bosjes bevindt, is even afvegen wel net zo prettig en hygiënisch. Biologisch afbreekbaar toiletpapier is dan ook aan absolute must. Wat handdoeken zijn daarnaast toch wel handig en vooruit… een verantwoord zeepje en je tandenborstel en tandpasta mogen ook mee.
Vergeet ook zeker je EHBO-set en insectenspray en tekentang niet. En dat was het dan wel zo’n beetje. Natuurlijk bepaal je altijd zelf wat je precies meeneemt bij bamping, maar vergeet niet dat het om eenvoud draait.
Eigenlijk is bamping een beetje wildkamperen. En als fervent kampeerder weet jij vast dat dat in Nederland en de landen rondom on helaas niet is toegestaan. Bijna nergens in Europa trouwens. Wel zijn er verschillende natuurkampeerterreinen, boomgaardcampings en charmecampings die op dit populaire fenomeen inspelen en je de bijna complete wildkampeerbeleving geven.
Wil je het echte bamping ervaren? Dan moet je in Scandinavië zijn. In Noorwegen, Zweden en Finland geldt namelijk dat iedereen van de vrije natuur mag genieten. Te allen tijde. In de Schotse wildernis mag het ook en in Zwitserland… boven de 2.000 meter hoogte. Is wat frisjes waarschijnlijk, maar het uitzicht maakt vast alles goed. Nog iets verder van huis? In Estland, Letland en Litouwen is wildkamperen ook toegestaan.
Tja. Goh. Weet je…het idee lijkt me fantastisch rustgevend en romantisch. Ik vind al die overdreven luxe (en bijbehorende attitudes) in onze huidige maatschappij echt totaal helemaal niks. En dus past bamping best wel een beetje bij me. Maar het idee dat ik dan ’s avonds in het donker niet weet waar de spinnen kruipen, ik de bosjes in moet om te toiletteren, nauwelijks kleding mee mag en me niet normaal kan wassen, gaat voor mij net een stapje te ver.
Ik ben gewoon een beetje bangig en smetvrezerig aangelegd, kan ik ook niks aan doen. Maar ik houd van de natuur. Heel erg. En ik houd van rust om me heen. Kom ik toch weer uit bij een rustig en kneuterig charmecampinkje: ruime plekken in het groen, simpel zwembadje, geen of weinig animatie, geen hysterische campingfeesten en dan wel aan een beekje. Maar dat visje haal ik dan toch liever bij de buurtsuper. En jij?
Ga je liever 'gewoon' kamperen op een camping?